Zie uw Koning! | ds. C.P. de Boer
Zie, uw Koning. Johannes verbindt het moment waarop Pilatus de woorden zegt: ‘Zie uw Koning! Zie de Mens!’, met het selecteren en slachten van de paaslammeren op het tempelplein. Hij wil daarmee zeggen: Bij Pilatus staat hét Paaslam! Zie uw Koning! Zie de Mens! Zie het Lam dat de zonden der wereld wegneemt! Op het moment dat een priester tegen een pelgrim zegt: ‘Zie uw lam!’, klinken de woorden van Pilatus: ‘Zie, uw Koning!’
Wat voor een Koning? Een Koning Die als een lam ter slachting wordt geleid. Als een schaap dat stom is voor het aangezicht van zijn scheerders, alzo doet Hij Zijn mond niet open. Hij is het Lam van God, dat de zonden der wereld wegneemt.
Ds. C.P. de Boer
Ds. C.P. de Boer is predikant van de Christelijke Gereformeerde Kerk te Sliedrecht.
Inhoud
1. Annas' onderzoek naar Jezus' leer en discipelen
Johannes 18 vers 19:
De hogepriester dan vraagde Jezus van Zijn discipelen en van Zijn leer.
2. Jezus voor Pilatus (1)
Johannes 18 vers 32:
Opdat het woord van Jezus vervuld werd dat Hij gezegd had, betekenende hoedanigen dood Hij sterven zou.
3. Jezus voor Pilatus (2)
Johannes 18 vers 37-38:
Pilatus dan zeide tot Hem: Zijt Gij dan een Koning? Jezus antwoordde: Gij zegt dat Ik een Koning ben. Hiertoe ben Ik geboren en hiertoe ben Ik in de wereld gekomen, opdat Ik der waarheid getuigenis geven zou. Een iegelijk die uit de waarheid is, hoort Mijn stem.
Pilatus zeide tot Hem: Wat is waarheid? En als hij dat gezegd had, ging hij wederom uit tot de Joden, en zeide tot hen: Ik vind geen schuld in Hem.
4. Jezus voor Pilatus (3)
Johannes 18 vers 39-40:
Doch gij hebt een gewoonte, dat ik u op het pascha een loslaat. Wilt gij dan dat ik u den Koning der Joden loslaat?
Zij dan riepen allen wederom, zeggende: Niet Dezen, maar Barábbas. En Barábbas was een moordenaar.
5. Zie, de Mens!
Johannes 19 vers 5:
Jezus dan kwam uit, dragende de doornenkroon en het purperen kleed. En Pilatus zeide tot hen: Zie, de Mens.
6. Zie, uw Koning!
Johannes 19 vers 14:
En hij zeide tot de Joden: Zie, uw Koning.
7. Jezus' testament
Johannes 19 vers 25-27:
En bij het kruis van Jezus stonden Zijn moeder en Zijner moeders zuster, Maria, Klopas’ vrouw, en Maria Magdaléna.
Jezus nu, ziende Zijn moeder, en den discipel dien Hij liefhad, daarbij staande, zeide tot Zijn moeder: Vrouw, zie, uw zoon.
Daarna zeide Hij tot den discipel: Zie, uw moeder. En van die ure aan nam haar de discipel in zijn huis.
8. Jezus' lege graf
Johannes 20 vers 9:
Want zij wisten nog de Schrift niet, dat Hij van de doden moest opstaan.
9. Jezus verschijnt aan Maria Magdaléna
Johannes 20 vers 16:
Jezus zeide tot haar: Maria. Zij zich omkerende, zeide tot Hem: Rabbouni, hetwelk is gezegd: Meester.
Ds. C.P. de Boer | Zie uw Koning!
Informatie
Review toevoegen
Hartelijk dank dat u de moeite nam een recensie te schrijven. Uw reactie zal, na controle onzerzijds, worden gepubliceerd.
Het is niet mogelijk om een review met 0 sterren te plaatsen *